1970
'71
'72
'73
'74
1975
'76
'77
'78
'79
1980
'81
'82
'83
'84
1985
'86
'87
'88
'89
1990
'91
Bezetting van Bureau Huisvesting
gepubliceerd op 07 aug 2017 door Charlotte van Rooden & Bart van der Steen

Het bezetten van instituties en het kraken van woningen ging in de jaren zeventig vaak hand in hand. In de meeste gevallen handelden de krakers op eigen houtje, maar in sommige gevallen werden ze ondersteund door activisten.

Dit was bijvoorbeeld het geval in maart 1973, toen twee gezinnen het Bureau Huisvesting bezetten, dat woningen toewees in de gemeente Leiden. De gezinnen werden daarbij ondersteund door de Bond van Huurders en Woningzoekenden (BHW), dat nauw verbonden was met de pas opgerichte SP en onder andere actief was in huurdersacties in Leiden Noord.

Op woensdag 14 maart 1973 stapten de twee families het kantoor van het Bureau Huisvesting aan de Hooigracht binnen. Ze hadden thermosflessen, broodjes en speelkaarten bij zich. Ze gaven aan niet te vertrekken, voordat ze alle twee een nieuwe woning hadden gekregen. Aan het Leidsch Dagblad vertelden de gezinnen over hun woonsituatie. Het eerste gezin woonde op dat moment met vijf kinderen in een eenkamerwoning met zolder. ‘Ik slaap met m’n broertjes van veertien en negen in een bed.’ De tweede familie woonde, met acht (!) kinderen in een woning met drie kamers (een woonkamer, twee slaapkamers). De oudste dochter van het tweede gezin (21 jaar oud) vertelde aan de krant: ‘Je kan dat toch geen slapen noemen. Ik sta elke dag met spierpijn op, ik slaap met m’n broertjes van veertien en negen in een bed. Je kan nooit vroeg naar bed, want iedereen moet door je slaapkamer heen. De wc staat vlak naast m’n bed.’ Leidsch Dagblad 15 maart 1973

Op pamfletten die activisten van de BHW samen met de kinderen op straat uitdeelden stond onder andere: ‘We blijven hier net zo lang zitten totdat we zeker weten dat er een oplossing is gevonden. […] We vechten voor een rechtvaardige zaak.’ Pamflet bezetting bureau huisvesting, 1973

Aanvankelijk stelden de ambtenaar, de directeur en zelfs de wethouder dat er geen huizen beschikbaar waren voor grotere gezinnen. De gezinnen lieten zich echter niet vermurwen. ‘Toen de wethouder bleef bij zijn bewering, dat er geen huizen zijn, maakten de families zich klaar voor de nacht. Er kwamen stretchers en slaapzakken aangerukt. Spoedig daarna, om een uur of acht, werden de twee echtparen binnengeroepen en kregen ze te horen dat er plaatsje voor hen was gevonden.’ Leidsch Dagblad 16 maart 1973

Het eerste gezin kreeg hierdoor een tijdelijke oplossing in de vorm van een vierkamerwoning in de Oosterstraat. Leidsch Dagblad 16 maart 1973

Het tweede gezin kreeg een zeskamerwoning in de Leemansstraat aangeboden. Bij het betreden van de woning stond het tweede gezin een teleurstelling te wachten. De moeder vertelde: ‘We waren zo blij, dat we eindelijk een huis hadden. M’n man is alle familieleden afgegaan om te vertellen dat we eindelijk als gewone mensen konden wonen. Vrijdag gingen we naar huisvesting om de sleutel te halen en toen sloeg ons de schrik om het hart. De wethouder had ons een zeskamerwoning in de Leemanstraat toegezegd, op nummer 22. Aan de sleutel hing een kaartje met 32.’

Het huis bleek weinig groter dan het huis vanwaar ze vertrokken: ‘Drie piepkleine slaapkamertjes die al vol zijn als er twee bedden op staan.’ Leidsch Dagblad 19 maart 1973

Ze namen daarmee geen genoegen: ‘Ik ga niet van een kippenhok naar een varkenskot’, zei de moeder.  BK april 1973

‘Ik ga niet van een kippenhok naar een varkenskot’De familie besloot samen met de BHW verdere actie te ondernemen. Ze kraakten een gerenoveerde zeskamerwoning in de Munnikenstraat, die al een jaar leegstond. In een pamflet voor de buurt stelde de BHW dat kraken de ‘enige oplossing’ was: ‘In principe zijn wij niet voor kraken. Maar wij vragen aan u allen begrip voor de omstandigheden van het gezin Kramer. Als wethouder Ham zijn belofte gestand doet en werkelijk een geschikt huis aanbiedt, zal de familie Kramer dat zeker accepteren.’ Pamflet aan de buurtbewoners van de Zeeheldenbuurt, 16 maart 1973

Het gezin zag kraken eveneens als een laatste, maar enige optie. De moeder: ‘M’n man heeft mij en de kinderen altijd verboden om ook maar over kraken te praten, maar nu zag hij ook wel dat er geen oplossing meer is.’ (Leidsch Dagblad 19 maart 1973) Al snel reageerde de wethouder met de mededeling dat er een vergissing was gemaakt. Enkele dagen later kreeg de familie Kramer toch een grotere woning aangeboden, in de Agaatlaan.

Het succes van de actie was vooral opmerkelijk gezien een interview dat de directeur van het Bureau Huisvesting een aantal jaar later gaf. Tegen het Leidsch Dagblad stelde deze in januari 1976: ‘Bezettingen van Bureau Huisvesting komen regelmatig voor, maar plegen niet te helpen.’ Leidsch Dagblad 31 januari 1976

Leidsch Dagblad 15 maart 1973, 16 maart 1973, 19 maart 1973, 31 januari 1976.