1970
'71
'72
'73
'74
1975
'76
'77
'78
'79
1980
'81
'82
'83
'84
1985
'86
'87
'88
'89
1990
'91
Spaanse, Italiaanse en Zuid-Amerikaanse krakers
gepubliceerd op 23 dec 2018 door Blerina Nimanaj

De Leidse kraakbeweging kende veel verscheidenheid. Zo berichtte het Leidsch Dagblad eind jaren zeventig over gastarbeiders die de Morspoortkazerne en de Rotogravure hadden gekraakt. Begin jaren negentig begon de komst van seizoenarbeiders uit andere Europese landen. De krant besteedde veel aandacht aan groepen Britten en Ieren die samenleefden in gekraakte panden en complexen. In Leiden en omgeving waren echter ook Spaanse, Italiaanse en zelfs Latijns-Amerikaanse krakers te vinden. Hoewel zij een stuk minder vaak genoemd werden, komen we ook hen een enkele keer tegen in de artikelen van het Leidsch Dagblad.

Net als de Britten en de Ieren, kwamen de meeste Spanjaarden en Italianen in eerste instantie naar Leiden om in de Bollenstreek te werken. In het noorden van Groot-Brittannië en het zuiden van Europa was de economische situatie slecht, terwijl de bollenindustrie kampte met een arbeidstekort. Arbeiders uit landen binnen de Europese Gemeenschap (de voorloper van de Europese Unie) konden in Nederland zonder vergunning aan het werk. Jongeren die in hun thuisland werkloos waren geweest, konden in de Nederlandse bollenindustrie gemakkelijk en snel aan de slag gaan.

Een deel van hen besloot, eenmaal in Nederland, te gaan kraken. Britten en Ieren vormden de grootste groep en waren het meest zichtbaar voor de krant. Er waren echter ook krakers uit andere landen, zoals Spanje en Italië. Deze groep was kleiner en meer versnipperd. In de berichtgeving lijken ze daarom vaker op te gaan in de groep Nederlandse krakers. In het Leidsch Dagblad kunnen we echter wel een paar snippers van informatie over hen vinden.

Coffeeshop Sky te Leiden
In de herfst van 1995 sloot coffeeshop Sky haar deuren, nadat de buurt zich beklaagd had over overlast. In oktober kraakten drie Italianen de benedenverdieping van het pand. Een gemeenteambtenaar beschreef het drietal als ‘nieuwe spelers in het spel’. Buurtbewoners spraken zich tegen de krant uit over de krakers. Zij meenden dat het de voormalige eigenaren waren die wilden proberen om de coffeeshop te heropenen. Leidsch Dagblad 27 oktober 1995

In het links activistische maandblad Lokaal Kabaal reageerde een van de krakers van de voormalige coffeeshop op het vermoeden van de buurt en de krant: ‘Wij zijn helemaal geen dealers. Wij wonen hier alleen maar. Ik snap niet waarom die journalist en de buurtbewoners niet even langsgekomen zijn. Dan hadden we de verhalen meteen uit de wereld kunnen helpen,’ aldus de kraker. Lokaal Kabaal november 1995 (nr. 11)

Hierna bleef het een paar maanden stil rondom de Italiaanse krakers, totdat de gemeente in maart 1996 besloot om het pand onbewoonbaar te maken. Volgens de gemeente had een ‘enorm aantal’ verslaafden zich in de voormalige coffeeshop gevestigd. Door het pand onbewoonbaar te maken, hoopte de gemeente hen te weren. De krakers van de benedenverdieping waren volgens de gemeente vertrokken. Na de jaarwisseling waren zij ‘plots verdwenen’. Leidsch Dagblad 6 maart 1996

De actie van de gemeente stuitte op grote kritiek van het Kraakspreekuur: ‘Een woning vernielen, terwijl er grote woningnood bestaat, dat is schandalig.’ Een woordvoerder van het Kraakspreekuur sprak tegen dat de benedenverdieping onbewoond was. De oorspronkelijke bewoners waren volgens hem alleen met vakantie gegaan. De woordvoerder erkende dat de krakers dit hadden moeten doorgeven aan de gemeente, maar stelde tegelijkertijd dat de gemeente desondanks eerst contact op had moeten nemen met het Kraakspreekuur, dat wel degelijk op de hoogte was van de bewoning van het pand. Leidsch Dagblad 6 maart 1996
Mieke Hogervorst, raadslid van GroenLinks, was van mening dat de actie neerkwam op huisvredebreuk en dat de krakers recht hadden op een tegemoetkoming. Leidsch Dagblad 8 maart 1996

Enkele dagen na de actie kwam het drietal thuis van hun vakantie. Samen met een groep Nederlandse krakers trokken zij naar het Stadsbouwhuis, waar zij het kantoor bezetten van gemeentelijk ambtenaar Van der Nat, die verantwoordelijk was geweest voor het onbewoonbaar maken van hun kraakpand. Met naam en toenaam werden de drie Italianen in het krantenbericht genoemd. In het artikel beschreef het Leidsch Dagblad hen echter niet als krakers, maar als de ‘zwijgzame bewoners’ van de coffeeshop. Enkel degene die hen bijstond, hun Nederlandse ‘woordvoerder’, werd een kraker genoemd. Leidsch Dagblad 12 maart 1996

De krant leek hier een scheiding te willen maken tussen de Italiaanse migranten, die in een pand zouden zijn gaan wonen en het onwetend hadden gekraakt, en de Nederlanders, die de echte krakers zouden zijn, en opkwamen voor anderen die op zoek waren naar huisvesting. Dit ging in tegen het artikel dat eerder in Lokaal Kabaal was verschenen, waarin een van de Italianen met het maandblad had gepraat en als kraker was gepresenteerd. Doordat de Italianen niet aan het woord kwamen in de berichten van het Leidsch Dagblad, is het onduidelijk of zij de voormalige coffeeshop bewust gekraakt hadden.

De Kerklaan te Sassenheim
Krakers van migrantenafkomst waren ook aanwezig in dorpen rondom Leiden. Zo kraakte in augustus 2001 een groep Spanjaarden en Italianen drie huizen in Sassenheim. Al de volgende dag ging het Leidsch Dagblad uitgebreid in op de kraakactie: ‘De dertig krakers die zich in en voor de al maanden dichtgetimmerde huizen aan de Kerklaan bevinden, horen duidelijk niet thuis in het dorpscentrum. De enkele wandelaar die per ongeluk over de Kerklaan of het Boschplein banjert, werpt dan ook een nieuwsgierige blik op de met piercings, excentrieke haardossen en sjofele kleding uitgedoste groep. Een deel zit op de stoep, anderen hangen rond voor de huizen terwijl weer anderen druk bezig zijn de twee gekraakte huizen “bewoonbaar” te maken.’ Een van de nieuwe bewoonsters liet weten niet per se uit geldnood te kraken: ‘Waarom zouden wij huur betalen als hier huizen leeg staan? Dat geld kunnen wij beter gebruiken voor andere dingen: kleren kopen, reizen of voor de tijd dat er geen werk is.’ Ze vervolgde: ‘Bovendien is het lastig om via de officiële regels aan huisvesting te komen.’ Leidsch Dagblad 20 augustus 2001

De gekraakte huizen aan de Kerklaan stonden al langer op de slooplijst, maar de laatste officiële bewoner wilde hier niet aan meewerken en had beroep aangetekend bij de gemeente, waardoor de huizen leeg waren komen te staan. Over de komst van de krakers was deze bewoner niet heel erg te spreken: ‘Ik zie ze steeds naar de andere huizen kijken. Daarvan zijn er vijf al meer dan een jaar onbewoond. Ik vrees ook dat ze straks vlak naast mij zitten. Ik hoop maar dat ik er geen overlast van heb.’ Leidsch Dagblad 20 augustus 2001

Dit bleek niet onterecht. Dezelfde dag probeerden de krakers nog een aantal huizen te bezetten. De politie hield dit tegen. Om te voorkomen dat ze nog een poging zouden wagen, besloot de projectontwikkelaar in samenwerking met de gemeente de lege huizen in de straat onbewoonbaar te maken. Leidsch Dagblad 22 augustus 2001

In september werd een kort geding ingediend tegen de krakers. In november verlieten de krakers uiteindelijk de huizen. Over de langdurige procedure zei een ambtenaar van de gemeente: ‘De moeilijkheid met dit soort kwesties is dat je krakers geen dagvaarding kunt overhandigen, omdat je ze niet kent. Vooral niet in dit geval, want niemand sprak een woord Nederlands.’ Leidsch Dagblad 22 november 2001

Kort hierop sloopte de projectontwikkelaar de huizen, waar de krakers een ‘onbeschrijflijke bende’ zouden hebben achtergelaten. Leidsch Dagblad 23 november 2001

Het Leidsch Dagblad gaf de Spaanse en Italiaanse krakers aan het begin van hun kraakactie een moment om zichzelf in de krant te presenteren. Hoewel de krakers zelf aan het woord kwamen in het artikel, koos de krant er tegelijk voor om de krakers zelf ook te beschrijven. De krant beschreef vooral stereotype uiterlijke kenmerken van de krakers. In de berichten die hierop volgden, kregen vooral de eigenaar, autoriteiten en omstanders de mogelijkheid om te reageren op de komst van de krakers. De stem van de krakers verdween hiermee verder naar de achtergrond.

Boerderij Hooghcamer te Voorhout
In dezelfde periode kraakte een groep migranten een boerderij in Voorhout. Onder de twintig krakers bevonden zich onder andere Mexicanen, Brazilianen, Chilenen, Spanjaarden, Britten en Ieren. Onder de kop ‘”Kraakboerderij” Hooghcamer staat open voor iedereen’ plaatste het Leidsch Dagblad een artikel met foto. De krakers stelden zichzelf voor. ‘Iedereen die onderdak zoekt, is welkom,’ aldus de woordvoerder van het gezelschap. Via hun werk in de Bollenstreek of feestjes hadden de krakers elkaar leren kennen. Ze vertelden met de buurt een ‘uitstekende’ relatie te hebben. Een van de krakers vertelde: ‘Ze bieden ons zelfs tomaten aan, hebben een toilet gegeven en helpen ons met platen om het dak te dichten tegen de kou en de regen.’ Leidsch Dagblad 12 september 2001

De groep zei toestemming te hebben gekregen van de gemeente om in het pand te verblijven en zag zichzelf daarom niet als krakers: ‘”Hier hebben we een brief”, wijzend op een uittreksel van het kadaster dat aangeeft dat het pand al jaren leegstaat.’ De journalist ging hierop in op de onwetendheid van de nieuwe boerderijbewoners wat betreft de Leidse kraakregels: ‘Dat het geen kraakvergunning is, maar alleen een bewijs dat het pand meer dan een jaar leegstaat en dat de krakers er dus niet zonder meer uitgezet kunnen worden, ontgaat hen. Maar dat maakt ze niet uit[.]’ Leidsch Dagblad 12 september 2001

De eigenaar van de boerderij liet via de krant aan de krakers weten dat zij waarschijnlijk nog een jaar in de boerderij konden blijven. Na een maand diende hij echter al een kort geding in om de krakers uit de boerderij te krijgen. Er zou een gevaarlijke situatie zijn ontstaan doordat het gebouw in slechte staat was en de krakers – bij gebrek aan gas en elektriciteit – zelf vuur maakten. Leidsch Dagblad 16 oktober 2001

De kraak van boerderij Hooghcamer zou van korte duur blijken en werd daarom maar twee keer in het Leidsch Dagblad genoemd. Het Leidsch Dagblad schreef positief over de krakers en gaf hen ruim het woord om zichzelf te presenteren. Tegelijkertijd plaatste de krant echter vraagtekens bij de haalbaarheid van hun kraakactie en hun kennis van zaken omtrent de kraakwetgeving.

Conclusie
In de drie kraakacties die hierboven besproken zijn, was de afkomst van de krakers bekend bij de krant en onderdeel van de berichtgeving. Omstanders en autoriteiten noemden de afkomst van de krakers een enkele keer, maar stelde deze niet centraal in hun reacties op de komst van de krakers. Bij het Leidsch Dagblad leek de afkomst, weliswaar indirect, wel een centraal punt in het betoog. Zo leek bij de kraakactie van coffeeshop Sky de afkomst aangedragen te worden als reden om de Italianen niet als ‘bewuste’ krakers te omschrijven. Bij de krakers van boerderij Hooghcamer gebeurde iets gelijkaardigs. Door te wijzen op hun gebrekkige kennis omtrent kraken, kon vermoed worden dat ook de krakers van boerderij Hooghcamer zich niet bewust waren geweest dat zij aan het kraken waren.

In twee gevallen, namelijk de gekraakte Kerklaan en gekraakte boerderij, kwamen de krakers zelf aan het woord in de krant. Ze stelden zichzelf voor en gaven hun redenen om in Nederland te leven en te kraken. Deze krakers werden door het Leidsch Dagblad op dezelfde manier beschreven als alle andere krakers. Citaten van de krakers werden aangevuld met – vaak stereotype, uiterlijke – beschrijvingen van de groep en hun leefomgeving.

Het is niet mogelijk om uit deze drie kraakacties een conclusie te trekken die voor alle krakende migranten in Leiden en omstreken opgaat. Met uitzondering van de Britten en Ieren, werden de krakers van migrantenafkomst die in de jaren negentig actief waren, nauwelijks genoemd in de lokale berichtgeving over kraken. Het is niet compleet duidelijk waarom dit zo is. Deels zou dit verklaard kunnen worden doordat de krakers uit Spanje, Italië, en andere landen, met kleinere aantallen waren dan de krakers uit Groot-Brittannië en Ierland. Bovendien leken de krakers uit eerdergenoemde landen in de berichtgeving vaak op te gaan in een groep van voor de rest Nederlandse krakers. Waarschijnlijk waren deze krakers met migrantenafkomst niet altijd even zichtbaar voor het Leidsch Dagblad. Ook zochten zij waarschijnlijk minder gauw de aandacht van de media op.

Leidsch Dagblad 27 maart 1993, 27 oktober 1995, 6 maart 1996, 8 maart 1996, 12 maart 1996, 20 augustus 1996, 20 augustus 2001, 20 augustus 2001, 22 augustus 2001, 7 september 2001, 12 september 2001, 16 oktober 2001, 8 november 2001, 10 november 2001, 22 november 2001, 23 november 2001.

Lokaal Kabaal november 1995 (nr. 11).

meer over