1970
'71
'72
'73
'74
1975
'76
'77
'78
'79
1980
'81
'82
'83
'84
1985
'86
'87
'88
'89
1990
'91
Twaalf luxe-appartementen in de Weddesteeg gekraakt
gepubliceerd op 13 sep 2017 door Charlotte van Rooden

In 1979 maakte de firma Westland/Utrecht Projectontwikkeling (WUPO) al reclame voor luxe koopflats op de plek waar voorheen de Rotogravure drukkerij stond (tussen het Galgewater en het Noordeinde). In november 1981 werden twaalf van deze woningen gekraakt door twintig jongeren.

In totaal had de WUPO vijfenzeventig nieuwe huur- en koopwoningen opgeleverd, waarvan er in afspraak met de gemeente ongeveer een derde uitsluitend aan Leidenaren mochten worden verhuurd. Van de 51 huurwoningen waren er echter pas zeven verhuurd en door de hoge koopprijzen van de appartementen werden er slechts dertien van de vierentwintig koopwoningen verkocht. Leidsch Dagblad 23 november 1981

De projectontwikkelaar dacht dat er wel bewoners voor de flats gevonden zouden worden wanneer de woningen in de vrije sector aangeboden zouden worden. In dat geval zouden ook mensen die niet economisch aan Leiden gebonden waren in aanmerking komen. De projectontwikkelaar vroeg daarom toestemming aan de gemeente Leiden om de woningen in de vrije sector aan te bieden, maar dit verzoek werd niet ingewilligd. De gemeente Leiden stelde dat de woningnood in Leiden te hoog was.

De belangstelling voor de woningen was echter zeer gering onder Leidenaren, volgens de krakers omdat zij de appartementen niet zouden kunnen betalen. De krakers vonden het daarom onbegrijpelijk dat de gemeente de bouw van zulke dure appartementen toegestaan had en dus vonden zij dat ze het recht hadden ze in gebruik te nemen. Volgens het Leidsch Dagblad opereerden de jongeren onder het motto: ‘De huizen worden nu gebruikt waarvoor ze bestemd zijn, om in te wonen’. Leidsch Dagblad 23 en 24 november 1981

‘Wij hebben er ook voor moeten werken’De voorzitter van de vereniging van eigenaren van het Galgewatercomplex klaagde aan de andere kant tegen de krant: ‘Het is vreemd dat huizen waarvoor anderen 1500 gulden per maand moeten neertellen, door anderen zomaar gratis bewoond worden. Wij hebben er ook voor moeten werken, terwijl hen de luxe zomaar toekomt.’ Leidsch Dagblad 24 november 1981

De krakers, het college van B&W en de WUPO probeerden elk de situatie naar hun hand te zetten. Daarbij stonden verschillende richtlijnen ter discussie. Een Leidse notitie zou stellen dat woningen alleen gekraakt mochten worden wanneer ze negen maanden of langer leegstonden, terwijl een ‘op komst zijnde leegstandswet’ vijf maanden aanhield. De burgemeester zou hebben toegegeven niet te weten welke richtlijn zou moeten worden aangehouden. De krakers pleitten ervoor als begindatum van de leegstand het begin van de advertentiecampagne in 1979 aan te houden. WUPO, daarentegen, stelde dat de dag van de oplevering van de woningen als begindatum van leegstand beschouwd zou moeten worden. In de gemeenteraad besprak men dat wanneer de woningen ontruimd zouden worden, ze daarmee ook meteen weer ‘kraakrijp’ zouden zijn, omdat de interesse voor de panden dusdanig gering was. Leidsch Dagblad 25 november 1981

Steun en problemen met gas, water en licht
De Weddesteegkrakers kregen van meerdere kanten steunbetuigingen. Allereerst verscheen in de krant een brief van het team en bestuur van het club- en buurthuis In de Vroolijkcke Arke, dat gevestigd was aan de Pieterskerkchoorsteeg: ‘Wij vinden het een slechte zaak dat een projectontwikkelingsmaatschappij [de WUPO, red] zo lang de gelegenheid heeft om over de ruggen van de Leidse woningzoekenden haar speculatieve praktijken uit te voeren.’ Leidsch Dagblad 5 december 1981

‘Krakers moeten bij de buren naar de wc’Ook vanuit de lokale politiek konden de krakers op steun rekenen. Op 8 december 1981 kopte een artikel in het Leidsch Dagblad met een citaat van PSP-raadslid Ponsen: ‘Krakers moeten bij de buren naar de WC’. Het artikel ging over de verontwaardiging van het raadslid over de houding van de Leidse Duinwater Maatschappij (LDM) en het streekenergiebedrijf Rijnland (onder aanvoering van de WUPO).

De LDM vroeg per aansluiting van de krakers een garantiesom van 250 gulden, wat de krakers niet op konden brengen. Ook het energiebedrijf verlangde een buitenproportioneel hoog bedrag als borg. Volgens raadslid Ponsen gingen de bedrijven er dus vanuit dat de krakers op een dag zonder de rekening te betalen spoorloos verdwenen zouden zijn. Een alternatief dat zij aandroeg was de manier waarop de aansluitingen van gas, water en licht voor krakers in Den Haag en Rotterdam geregeld werden. Daar hoefden krakers zich slechts te legitimeren om aangesloten te worden op deze voorzieningen.

Ook PPR-raadslid van Oosten was verontwaardigd over de geëiste bedragen. In een artikel dat kopte ‘Rijnland behandelt krakers oneerlijk’ werd uit een brief van het raadslid aan het elektriciteitsbedrijf geciteerd: ‘Bent u bereid in dit geval zo spoedig mogelijk de krakers als gewone huurders te beschouwen en op korte termijn over te gaan tot aansluitingen?’ Leidsch Dagblad 8 december en 14 december 1981

Blauw van de kouMet beschilderde gezichten – ‘blauw van de kou’ – bezetten vijfendertig krakers en sympathisanten de hal van het hoofdkantoor van de WUPO in Amsterdam op 17 december 1981. Na een paar uur zegde de WUPO toe dat de krakers zo snel mogelijk aangesloten zouden worden. De krant meldde zelfs dat de WUPO had beloofd zich te zullen beraden over een mogelijk huur- of gedoogcontract voor de krakers. Leidse Courant 18 december en Leidsch Dagblad 19 december

Krakers gedoogd: Protest tegen WUPO en commotie bij bomdemontage
De krakers werden uiteindelijk inderdaad gedoogd. Dit blijkt uit een artikel dat in juli 1983 in het Leidsch Dagblad verscheen over de onthulling van een gevelsteen ter herinnering aan het Rembrandthuis. Deze gevelsteen werd namelijk geplaatst op een van de gekraakte woningen aan de Weddesteeg en uit het artikel blijkt dat de krakers er toen, twee jaar later, nog steeds inzaten.

Het Leidsch Dagblad berichtte dat de gevelsteen bij diens onthulling bemodderd aangetroffen werd. Ook hadden anonieme activisten de volgende tekst op de muur gespoten: ‘Hier sloopte de WUPO het huisje Rembrandt’.

Het Leidsch Dagblad meldde bovendien dat wethouder Waal en ambtenaar Van Der Bend tijdens het onthullen van de gevelsteen door ‘de bewoners van het (gekraakte) pand’ onthaald werden met een regen van pamfletten en emmers water. De krant: ‘In de pamfletten werd duidelijk gemaakt dat de krakers weinig op hebben met het gemeentelijk toerismebeleid.’ Leidsch Dagblad 15 juli en 16 juli 1983

Ook in 1984 zaten de krakers nog in pand. Op 20 december besteedde het Leidsch Dagblad aandacht aan de demontage van een Engelse vliegtuigbom, die in 1944 terecht was gekomen in de bodem bij de Morssingel, en toen hij eenmaal gevonden was, gedemonteerd moest worden. De ontruiming van het woongebied rondom was een hele klus, zo stelde de burgemeester. Beschreven werd vervolgens hoe er commotie ontstond op de Weddesteeg. De krakers van het WUPO-complex waren bang hun pand te verlaten, omdat ze dachten er daarna niet meer in te zullen mogen. De krant schreef: ‘Ze werden er door de politie in pyjama uitgehaald.’ De burgemeester leverde nog enig commentaar: ‘Die sliepen nog wat […] Die hebben blijkbaar een wat andere tijdsindeling.’ Na de demontage konden de krakers het pand gewoon weer in. Leidsch Dagblad 20 december 1984

Conclusie
De kraak van de luxe-appartementen aan de Weddesteeg was een grote actie. In vergelijking met andere (over het algemeen kleinschaligere) kraakacties stelde de gemeente zich vrij passief, misschien zelfs sympathiek, op tegenover de Weddesteegkrakers. Zij ging niet over op ontruiming en gaf ook niet toe aan het verzoek van de WUPO om de woningen aan te bieden in de vrije sector. Ook het Leidsch Dagblad stelde zich sympathiek op tegenover de krakers. De raadslieden die de krakers positief gezind waren, kregen veel aandacht, terwijl er geen commentaar van de WUPO in de krant verscheen. Alleen de voorzitter van de vereniging van eigenaren werd een keer geciteerd.

Zelfs over de bemodderde en bekladde gevelsteen leek de krant niet bijzonder opgewonden: er werd in zowel het Leidsch Dagblad als de Leidse Courant aandacht aan besteed, maar niet erg uitgebreid en ook kregen de (met water en pamfletten belaagde) wethouders in de krant niet het woord.

De vraag van PPR-raadslid Van Oosten is bovendien opvallend krakers-gezind. Hij vroeg het energiebedrijf Rijnland: ‘Bent u bereid in dit geval zo spoedig mogelijk de krakers als gewone huurders te beschouwen en op korte termijn over te gaan tot aansluitingen?’ Krakers waren geen normale huurders, hoewel het bijna wel zo lijkt, wanneer het Leidsch Dagblad de krakers in een van haar artikelen aanduidt als ‘de bewoners van het (gekraakte) pand’.

Deze verwoordingen in de krant en het feit dat de WUPO de krakers legaliseerde lijken erop te wijzen dat het argument van de krakers breder draagvlak kreeg. Het argument van de krakers dat de woningen te duur waren voor de Leidse markt kreeg steun en in toenemende mate werd het door lokale politici en journalisten geaccepteerd dat er door de kraakactie toch mensen konden wonen.